Wat is notionele interestaftrek of aftrek voor risicokapitaal?
De notionele interestaftrek of – zoals het officieel heet – de aftrek voor risicokapitaal bestaat al sinds 2006. Het houdt in dat vennootschappen een ficitieve rente kunnen aftrekken van hun belastbare winst. Bedoeling? De discriminatie tussen financiering met eigen vermogen en financiering met vreemd vermogen wegwerken. Voor 2006 kon u enkel interesten aftrekken die u betaald had op financieringen met vreemd vermogen. Met de notionele interestaftrek kunt u een bepaald percentage van het gecorrigeerd eigen vermogen aftrekken van uw belastbare winst. Denkt u maar aan uw dividenduitkering voor uw financiering met eigen vermogen, participaties in een dochteronderneming of de boekwaarde van uw woning als die deel uitmaakt van het vennootschapsvermogen.
Het doel van de notionele interestaftrek
Met deze notionele interestaftrek heeft de Belgische regering een gunstiger vennootschapsbelastingregime willen creëren. Zo wil ze vennootschapen belonen die met eigen middelen hun kapitaalstructuur versterken. Ze wil er uiteraard ook buitenlandse bedrijven mee aansporen te investeren in hun Belgische afdelingen.
Aftrek voor risicokapiteel: ook voor uw onderneming?
Kleine, middelgrote en grote vennootschappen die onderworpen zijn aan de Belgische vennootschapsbelasting of de vennootschapsbelasting voor niet-inwoners komen in aanmerking voor de notionele interestaftrek:
- Belgische bedrijven
- Belgische vestigingen van buitenlandse bedrijven
- non-profit organisaties (internationaal of nationaal) en stichtingen onderworpen aan de Belgische vennootschapsbelasting
- buitenlandse bedrijven die eigenaar zijn van onroerend goed gelegen in België of in het bezit zijn van zakelijke rechten op dergelijke onroerende goeder
Voor kleine vennootschappen bedraagt het tarief voor aanslagjaar 2017 1,631% (AJ 2016: 2,130%). U bent een kleine vennootschap als u niet meer dan één van deze voorwaarden overschrijdt (voor het laatste en voorlaatste afgesloten boekjaar):
- jaargemiddelde aantal werknemers: 50
- jaaromzet exclusief btw: 7.300.000 euro
- balanstotaal: 3.650.000 euro
Voor grote vennootschappen bedraagt het tarief voor aanslagjaar 2017 1,131% (AJ 2016: 1,630%). De lage rentetarieven hebben voor een sterke daling gezorgd. Zo lag de aftrek voor aanslagjaar 2014 nog op 3,242% voor kleine ondernemingen en op 2,742% voor grote ondernemingen.
Voorbeeld
Stel uw onderneming maakt een winst van 4000 euro voor belastingen. Zonder de notionele aftrek betaalt u 1360 euro vennootschapsbelasting. Door de notionele aftrek kunt u een fictieve rente van 2630 euro aftrekken van uw belastbare winst. Het belastbaar bedrag bedraagt nog 1370 euro en betaalt u slechts 466 euro aan vennootschapsbelasting. Een flinke winst dus.
Wat geldt voor de wetgever als financiering met eigen vermogen?
‘Eigen vermogen’ betekent voor de Belgische boekhoudwet: de rekeningen kapitaal, uitgiftepremies, herwaarderingsmeerwaarden, reserves, overgedragen winsten of verliezen en de kapitaalssubsidies. U kunt volgende bedragen aftrekken van uw belastbare winst:
- de fiscale nettowaarde van de eigen aandelen op de balans
- de fiscale nettowaarde van financiële, vaste activa opgenomen onder de rubriek “deelnemingen en andere aandelen” (aandelen gehouden als geldbelegging zijn niet bedoeld)
- de fiscale nettowaarde van de aandelen van beleggingsvennootschappen waarvan de dividenden in aanmerking komen om van de winst te worden afgetrokken (D.B.I. – Definitief Belaste Inkomsten)
- het eigen vermogen toegewezen aan buitenlandse vaste inrichtingen of onroerende goederen of rechten. Dit betreft alleen de vaste inrichtingen en onroerende goederen die gelegen zijn in een land waarmee België een dubbelbelastingverdrag heeft afgesloten
- de nettoboekwaarde van de materiële, vaste activa, indien de kosten daarvan méér bedragen dan nodig voor redelijke beroepsbehoeften
- de boekwaarde van de materiële, vaste activa die worden beschouwd als een belegging die uit zijn aard geen regelmatig inkomen oplevert
- de boekwaarde van het vastgoed waarvan het gebruik wordt afgestaan aan de bestuurders, hun echtgenoten of kinderen
- het vrijgesteld bedrag van de uitgedrukte, niet-verwezenlijkte meerwaarden en de kapitaalsubsidies
Kiezen tussen notionele aftrek en eenmalige investeringsaftrek?
In 2014 heeft de regering voor kmo’s de gewone eenmalige investeringsaftrek van 4% (opnieuw) ingevoerd voor investeringen die rechtstreeks in verband staan met uw (toekomstige) economische activiteiten. Maar van twee walletjes eten zit er niet in: u moet kiezen tussen de notionele aftrek of de investeringsaftrek. Als de investeringsaftrek hoger is dan het belastbare winst, mag u de investeringsaftrek ook overdragen naar de volgende aanslagjaren. Wat doet u best? Bereken de notionele interestaftrek en de investeringsaftrek. Zo weet u wat in uw concreet geval het voordeligst is. In de praktijk blijkt dat de investeringsaftrek vooral interessant is als u grote investeringen doet. Vaak ligt de berekeningsbasis voor de notionele aftrek hoger dan het investeringsbedrag. Is uw bedrag voor de notionele aftrek beperkt, dan is de eenmalige investeringsaftrek wellicht een betere piste.